Vanaf een jaar of acht speel ik orgel, eerst klassiek maar later meer popmuziek. Toen ik eenmaal beroepsmusicus was ontdekte ik op mijn achttiende het Hammondorgel en het gebruik van het Hammondorgel binnen de jazz en de blues. Ik was een enorme fan van de Engelse band The Peddlers en ik kocht op twintigjarige leeftijd een portable toonwielorgel van het merk Navaho (imitatie M100) met een echte lesliebox om vooral jazzy muziek te spelen. Dit orgel heb ik twintig jaar meegenomen en het is menig keer vervloekt om zijn 125 kg gewicht. In ??n band had het orgel zelfs de bijnaam “het lijk” maar toch vond iedereen het geluid geweldig. Na mijn eerste echtscheiding heb ik afscheid genomen van dit orgel door plaatsgebrek. Ik heb diverse soorten muziekstijlen gespeeld in mijn leven van pop, rock, blues tot jazz en zelfs amusementsmuziek en in elke stijl kwam het Hammondorgel wel voor. Ik heb nog een aantal jaren een elektronische versie van het Hammondorgel die zeer dicht in de buurt komt van het origineel en een echte leslie in de woonkamer gehad maar uiteindelijk heb ik deze uit ruimtegbrek weer verkocht. Op deze pagina wil ik ingaan op dit unieke orgel, organisten, stijlen, technieken, kortom alles wat met het Hammondorgel te maken heeft. Vriendelijke groet, Hein Pragt.
Op de inhoud van deze pagina rust copyright © Hein Pragt.
Over het Hammondorgel
Het oorspronkelijke toonwiel Hammondorgel is een elektromechanisch orgel dat oorspronkelijk verkocht werd aan kerken als goedkoop alternatief voor het pijporgel. Dit kunnen we nog terugvinden in de registers van de drawbars. Het orgel is ontworpen en gebouwd door Laurens Hammond die het in april 1934 patenteerde en in 1935 in productie nam. Hoewel het Hammondorgel dus oorspronkelijk als kerkorgel bedoeld was, werd het later ook veel gebruikt voor gospel, jazz en rockmuziek. Omdat de golfvormen van de tonen gemaakt worden door middel van mechanische toonwielen wordt het hammondorgel een elektrisch orgel en niet een elektronisch orgel genoemd. Veel later ontstonden er ook elektronische versies van het Hammondorgel die nog wel vaak dezelfde basisklank (en drawbars) hadden. Tegenwoordig zijn er veel soorten modules te koop die vaak een zeer goede Hammondorgel imitatie leveren en zijn er ook zeer goede elektronische versies van het Hammondorgel te koop, ook van andere leveranciers. Hierbij zijn vaak zelfs de ontwerpfouten (zoals de toetsenbord klik) elektronisch nagebootst.
Toonwielen
De klankopwekking in het oorspronkelijk door Hammond gepatenteerde toonwielorgel gebeurde door een wielen met daarop aan de buitenkant een golfvorm te laten draaien voor een spoel en een magneet die op ongeveer dezelfde wijze werken als een gitaar element. Het aantal tandjes van de golfvorm op het wiel en de snelheid waarmee deze ronddraait bepalen de hoogte van de toon. De golfjes op het toonwiel vormen feitelijk een soort rondgebogen sinus golfvorm want volgens Laurens Hammond gaf dit de meest fraaie grondtoon voor zijn orgel. Elk orgel heeft een elektrische motor die een paar aandrijfassen aanstuurt met voor elk toonwiel een aandrijftandwieltje en elk toonwiel heeft ook een eigen tandwieltje. Deze hele set van toonwielen zijn in het midden van het orgel terug te vinden in ??n grote bak. De mooie karakteristieke klank van het orgel komt mede omdat het Hammondorgel met toonwielgenerator niet echt correct gestemd is. Laurens Hammond had namelijk in die tijd moeite om alle tonen in een correcte frequentie op te wekken door de centrale assen, de tandwielen en het aantal golfjes dat hij op een toonwieltje zelf kwijt kon. In de bak zitten in totaal 91 toonwielen waarmee alle tonen gemaakt worden. Iedere toets kan het geluid van meerdere toonwielen tegelijk laten horen waardoor er een volle klank ontstaat.
De drawbars
Nog een typische eigenschap van het Hammondorgel zijn de zogenaamde drawbars (schuifweerstanden) waarmee men de golfvormen kan mengen en zo een klankkleur kan maken. Elke drawbar kan horizontaal worden uitgetrokken en regelt daarmee de relatieve geluidssterkte van een sinustoon. Meestal zijn de drawbars voorzien van een aanduiding in voeten (‘) hier komt het oorspronkelijke gebruik in de kerk weer om de hoek kijken, deze aanduidingen zijn gebaseerd op de zogenaamde “voetmaten” van een pijporgel. Een grotere voetmaat correspondeert met een lagere toon uit de orgelpijp en dus ook uit het toonwiel van het oorspronkelijk Hammondorgel. Als de schuifregisters worden uitgetrokken, worden nummers zichtbaar. Deze nummers vari?ren van 1 tot en met 8. Een reeks nummers werd gebruikt om een klankkleur aan te geven, technisch gezien waren er 253,000,000 combinaties maar niet elke combinatie is duidelijk anders en niet elke combinatie klinkt mooi. Maar er zijn wel een aantal bijna standaard combinaties die bijvoorbeeld gebruikt worden door de bekende jazz en gospel organisten.
Mechanische vibrator en de key click
Nog een andere eigenschap is een elektromechanisch vibrato door middel van ronddraaiende plaatjes en de zo herkenbare key click bij het indrukken van een toets wat oorspronkelijk een gebrek in het ontwerp was, maar later een onderdeel van de typische Hammond klank werd. Met de introductie van digitale technieken (zoals sampling) kwamen er ook orgels en synthesizers met een goede imitatie van de beroemde Hammondorgel klanken. Ook Hammond zelf die inmiddels onderdeel is van een Japanse producent Suzuki Musical Instruments maakt nu digitale Hammondorgels en midi modules. Maar ook de versie van Korg en Roland zijn erg goed te noemen.
Leslie
Voor de meeste Hammondorgel liefhebbers is een Hammondorgel zonder Leslie box niet compleet. In deze Leslie wordt het geluid door middel van een ronddraaiende luidspreker of een trommel die voor een luidspreker draait veel voller gemaakt. Dit ruimtelijk effect ontstaat door het zogenaamde dopplereffect. Bij hammondorgels worden meestal twee trommelsnelheden toegepast: tremolo (snel) en chorus (langzaam). Bovendien geeft de vervorming die als natuurlijk gevolg door de toepassing van radio buizen ontstaat het geluid desgewenst nog een lekker ruig randje. De Leslie is uitgevonden door Don Leslie aan het eind van de jaren dertig van de vorige eeuw en Laurens Hammond en Don Leslie waren zeker geen vrienden. Hammond heeft heel lang het gebruik van de leslie boxen proberen te blokkeren en te saboteren. Later heeft Hammond de firma overgenomen. Tegenwoordig zijn er ook zeer goede elektroniche leslie effecten te koop, wanneer men over een PA installatie speelt klinken deze vaak beter dan een echte lesliebox die zeer moeilijk te versterken is. In de meeste elektronische Hammondorgels is het leslie effect standaard aanwezig.
Mijn Hammondorgel
Momenteel heb ik weer een XM-1 drawbar module van Hammond. Ik stuur deze aan door middel van midi vanuit mijn Korg X3, omdat deze synthesizer een fijn toetsenbord heeft. De module beschikt over enorm veel edit mogelijkheden, zowel op het gebied van de “sound” als ook zaken als keyclick en de scanner effecten en type Leslie (122,147 enz.). De Xm-1 beschikte over 128 geheugen plaatsen, die al gevuld zijn met een scala van sounds, waaronder specifieke “organisten-sounds” zoals bijv. “Jimmy”. Maar via de drawbar module kan ook net als op een normaal orgel de sound via drawbars aangepast worden. Er zit een hele mooie oversturing in wanneer ik even lekker ruig wil spelen. De Leslie snelheid kan ik via een klein pedaaltje regelen en de sound van deze module is erg goed, zeker voor opnames. En het neemt veel minder ruimte in dan een echt groot orgel. Ik ben heel tevreden over mijn Hammond module en wanneer ik met twee klavieren wil spelen sluit ik gewoon een tweede midi klavier aan.
Ik heb ook een aantal jaren een Hammond B-200 Portable orgel gehad, die best wel veel ruimte in de huiskamer in beslag nam (samen met de leslie). De B200 was de opvolger van de befaamde X5 en het orgel is ongeveer te vergelijken met een Aurora 8222 in een portable uitvoering. Een aantal onhebbelijkheden van de X 5 zijn uit de B 200 weggenomen, zoals de kabels die er nogal snel uitgetrokken konden worden omdat ze aan de achterkant zaten en de 220 volt die door de Lesliekabel (9 pin Leslieplug) liep wat nogal eens voor kortsluiting wilde zorgen. Bij de B200 lopen de kabels via de onderkant van het orgel en werd er van een 11 pins Leslieplug gebruik gemaakt zonder hoge spanningen door de kabel en gescheiden kanalen. Ook is het onderstel van de B 200 veel stabieler dan dat van de X5. Qua klank is de X5 wat ruiger terwijl de B200 meer schoon en lief klinkt. Maar daar is met het inbouwen van een overdrive ook wel wat aan te doen. Wel heel fijn is dat de B 200 een vier octaafs onderklavier heeft, zodat je beter kunt bassen met de linkerhand. Via de knoppen naast het onderklavier is de Leslie te regelen en is de Leslie voor boven en onder apart schakelbaar. Ook een mooie feature is de leslieschakelaar die aan de zijkant van het volumepedaal zit zodat je zonder de handen van de toetsen af te halen, de Leslie van snelheid kunt veranderen.
Ook heb ik een tijdje een Leslie Model 720 bij mijn Hammond B200 orgel gehad. Een Hammondorgel is niet compleet zonder Lesliebox. In een Leslie wordt het geluid roterend gemaakt, door een roterende hoorn voor de hoge tonen en een roterende trommel voor de lage tonen. De 720 is ontworpen voor de modernere (tweekanaals) Hammondorgels met een 11 pins Leslieaansluiting. Deze Leslie heeft naast de twee roterende luidsprekers ook een grote vaste 15 inch basluidspreker waardoor de bastonen extra goed kunnen worden weergegeven. De vormgeving van deze Leslie is wel een beetje apart met de schuine hoeken aan de voorkant. Bovendien de is Leslie 720 best groot en zwaar en dus niet zo eenvoudig te vervoeren. De versterker in de Lesliebox is 90 Watts RMS. Uiteindelijk heb ik toch nog best een tijdje moeten zoeken tot ik mijn Hammond geluid had gevonden. Toch is het geluid van deze Leslie box wat te lief en te zacht. Uiteindelijk besloot ik de stof van de top te verwijderen en dat maakte het geluid al wat feller. Na het verwijderen van de achter plaat van de hoorn was het geluid een beetje naar mijn zin. Ook vind ik het persoonlijk wel mooi wanneer de draaiende hoorn een beetje te zien is. Met wat meubelolie heb ik het houtwerk met de sleuven weer een beetje mooie glans gegeven zodat het geheel er nog steeds fraai uitzag.
De Hammond B200 heeft ook een beetje schoon geluid en is niet echt fel of rauw te noemen. Wel speelt het orgel erg lekker, en zijn de instellingen erg handig en mooi, afgezien van de vieze kleuren van de knoppen. Het gaat tenslotte om het toetsen gevoel van het Hammond klavier en de fijn werkende drawbars. Om het geluid nog beter te maken heb ik nog een paar aanpassingen gedaan. Ten eerste heb ik twee jackplug kabels aan de Leslie gemaakt waardoor ik een effect tussen het orgel en de Leslie box plaatsen. Via de standaard kabel stuur ik nog steeds de Leslie aan met de schakelaars naast het klavier of het knopje naast het volumepedaal. Het knopje naast het volumepedaal vind ik zelf nog het meest handig. Als effect gebruik ik de Behringer RM600 Leslie simulator. Ik heb het Leslie effect op minimaal en langzaam gezet en de overdrive in de middenstand. Deze overdrive geeft een heerlijk rauwe buizen oversturing vervorming en ik kan de mate van vervorming ook zelf regelen. Ik kan dus kiezen tussen licht rochelend geluid of zware Deep Purple oversturing. In deze combinatie heb ik het perfecte Hammond geluid voor mijzelf gevonden.
Uiteindelijk werd de Lesliebox toch iets te groot voor de woonkamer en heb ik de Leslie weer verkocht. Ik speel nu met de RM600 over twee stereo speakers en dat geeft ook een redelijk goed geluid. Voor opnames is sowieso de digitale Leslie stukken beter omdat een echte Lesliebox vrij slecht op te nemen is en daar minimaal een paar microfoons voor nodig zijn. Aangezien de RM600 helaas alleen over een eigen pedaal beschikt, dat ook nog eens twee seconden ingedrukt moet worden om van snel naar langzaam en omgekeerd te gaan, is dit niet erg handig te noemen. Ik heb dan ook een kleine aanpassing gemaakt op de RM600 waardoor ik deze nu met de standaard knoppen en pedaal schakelaar van het Hammondorgel kan aansturen.
Mijn favoriete drawbar setting
Door middel van de drawbars zijn veel verschillende klanken te maken maar niet alle klanken klinken natuurlijk even mooi. Ik ben zelf nogal fan van Hammond Jazz en de meest gebruikte instelling hierbij is toch de Jimmy Smith instelling van de laatste drie drawbars voluit. Dit geeft een mooie volle klank die eventueel aangevuld kan worden met ??n van de twee percussie knoppen.
Een variant hierop is een iets vollere klank, iets steviger en iets helderder. Hierbij zijn de laatste vier drawbars helemaal uitgetrokken. Deze klank kan iets meer krijsend overkomen en is voor solo’s best wel leuk. Ik laat hierbij de percussie meestal achterwege.
Nog een andere variant op de Jimmy Smith stand is met de eerste drawbar en de laatste drie drawbars volledig uitgetrokken. Dit geeft net een klein hoog accent aan de toon en dit is ook een leuke setting om mee te improviseren.
Op het onder klavier gebruik ik meestal maar twee instellingen en dat is de bas (wanneer de linkerhand een baslijn loopt) of de chord stand, waarbij ik met de pedalen de bas speel. Bij de bass stand zijn de laatste drie drawbars weer volledig uitgetrokken. Dit is ook de stand om bijvoorbeeld Green Unions op het onder klavier te spelen.
Bij nummer als A whiter shade of pale, speel ik op het onder klavier de akkoorden lijn en speel ik (wanneer ik alleen speel) de bas op de voetpedalen. Bij de chord stand moeten de laatste twee drawbars volledig dicht, de derde van achteren volledig uit en de vierde van achteren op 5 of 6. Dit geeft een mooie dekkende zachte linkerhand.
Jimmy Smith
Ik ben een grote fan van de Hammond organist Jimmy Smith, zijn fantastische Jazz improvisaties en zijn heerlijke geluid zijn geweldig om naar te luisteren. Persoonlijk vind ik hem leuker zonder de blazers erbij. Jimmy Smith werd geboren op 8 december 1928 in Norristown Pennsylvania. Door te experimenteren met de drawbars, ontwikkelde hij een volle vette klankkleur op zijn Hammond orgel en op de pedalen speelde hij stuwende baslijnen. Jimmy Smith liet een totaal ander jazzgeluid op het Hammondorgel horen dan de jazzwereld tot dat moment gewend was. Vanaf c.a. 1953 speelde hij al Hammondorgel in de groep van zanger Don Gardner. Hier heeft hij zijn stijl geleidelijk aan in de praktijk heeft ontwikkeld en bracht hij in februari 1956 op Blue Note een ongelooflijk spectaculair debuut album uit. De Hammondorgelstijl die hijontwikkelde is tot nu toe nog altijd HET model voor bijna alle jazzorganisten.
The Peddlers
Toen ik de life langspeelplaat van de Peddlers hoorde was ik meteen verkocht. Een collega van mij had een echte Hammond M100 met leslie en daar speelde ik af en toe op. Maar hoe ik ook mijn best deed, de echte Hammond riffs leerde ik pas later. De Peddlers waren een Brits jazz trio in de jaren 1960 en 1970. Het trio werd gevormd in Manchester in april 1964 met Trevor Morais (geb. 16 oktober 1943), Tab Martin (geb. 24 december 1944) en mijn favoriet Roy Phillips (geb. 5 mei 1941). De drummer Trevor Morais had eerder gespeeld met Faron’s Flamingo’s en Rory Storm en de Hurricanes als vervanger van Ringo Starr die naar de Beatles was gegaan. Tab Martin was de bassist die bekend stond om zijn eigenaardige stijl van het spelen van een Gibson EB-2 basgitaar in een rechtopstaande positie. Roy Phillips was de zanger en organist. Het grappige is dat Roy in eerste instantie een gitarist was die later overgeschakeld is naar het orgel. Ze hebben samen veel platen gemaakt, eerst bij Philips en daarna bij CBS. Ze hebben meerder keren in de Britse Singles Chart gestaan en waren uiteindelijk ook zeer populair in Nieuw-Zeeland. Trevor Morais verliet het trio tijdens een Australische tour in 1972 en werd vervangen op drums door de Nieuw-Zeelander Paul Johnston. De Peddlers vielen definitief uit elkaar in 1976. Roy Phillips woont nu in Christchurch in Nieuw-Zeeland en treed nog steeds op in liveshows in het hele land.
{mid_ad
Carlo de Wijs
In 1997 ging een avond naar een concert van Carlo de Wijs in de kelder van de schouwburg in Lochem. Ik wist niet wat me te wachten stond maar toen ik binnenkwam stond de Hammond B3 met leslie al te draaien. Dit avond heb ik puur genoten en ook onmiddellijk de CD O Beat gekocht die door Carlo persoonlijk gesigneerd werd. Ik heb nog even met Carlo gesproken en was meteen fan. Carlo de Wijs is al jaren ??n van Europa?s top Hammondorganisten. Hij treed op met zijn eigen formaties ?n als solist, hij is gastmuzikant bij Candy Dulfer?s Funky Stuff, Benjamin Herman Quartet, Corrie van Binsbergen, Lucas van Merwijk, het Metropole Orkest. Ook toerde hij met internationaal bekende artiesten zoals Steve Lukather, Barbara Dennerlein, Gary Brooker en Rhoda Scott. Carlo de Wijs bracht al 5 albums uit en hij heeft een eigenzinnige moderne sound maar toch echt Hammond.
Barbara Dennerlein
Nog een favoriete organiste van mij is Barbara Dennerlein, toen ze 11 jaar was kreeg ze haar eerste orgellessen. Deze volgde ze slechts anderhalf jaar. Daarna ontwikkelde ze zichzelf verder. Met 15 jaar speelde ze al in een jazzclub en in muziekgezelschappen was ze vaak de jongste muzikant. Ze kreeg de bijnaam “Orgeltornado van M?nchen” en in 1982 had ze haar eerste televisieoptreden. Een eerste plaatopname volgde in 1983. Het Hammond B3 orgel is haar basisinstrument, zij treedt hiermee op als soloartiest maar ook in kwintetten, zoals haar eigen “Bebap”-band. Kenmerkend voor haar spel zijn onder andere de snelle en uitgebreide pedaalpartijen. Dennerlein heeft MIDI-interfaces aan de pedalen en toetsen van haar orgel gekoppeld, waardoor ze synthesizer- en sampler-effecten kan toevoegen aan haar composities. Ook combineert ze jazzmuziek met klassieke muziek.
Mooie uitvoering van The cat
Dit is een geweldige uitvoering van het nummer “The cat” van Jimmy Smith door Paul Shaffer, Joey DeFrancesco, Doug Riley, en Dr. Lonnie Smith op vier B3 orgels. Hier kunt u ook vier verschillende stijlen horen van vier geniale hammond orgenisten.
Orgel vreten
Voorjaar 2012 ontstond Orgel Vreten als een eenmalige orgelbattle tussen Robin Piso en Thijs Schrijnemakers. Twee maanden later werd in de Effenaar in Eindhoven een liveplaat opgenomen. Van deze opnames zijn deze beelden gemaakt door Poptronique.nl De twee muzikanten zitten tegenover elkaar op het podium en gaan het gevecht met elkaar aan op hun Hammond, het orgel met het bekende scheurende geluid.