Macrofotografie

Nog een vorm van fotografie die ik al vanaf mijn jonge jaren leuk vond was macrofotografie. Macrofotografie maakt kleine dingen erg groot, bloemen waarvan u de stampers in detail kunt zien, insecten waarvan u de haren kunt tellen, het zijn vaak schitterende en fascinerende foto’s. Op deze pagina ga ik in op macrofotografie, welke lens heeft u nodig, welke instellingen moet u gebruiken en waar precies moet u op scherpstellen? Op deze pagina laat ik laat ook zien dat U niet extreem dure apparatuur nodig heeft om aan macrofotografie te doen en dat Photoshop uw beste vriend en doka is voor nabewerkingen. Ik ben geen professioneel fotograaf maar een enthousiaste hobbyfotograaf. Vriendelijke groet, Hein Pragt.

Inleiding macrofotografie

macrofoto door Hein Pragt Bij macrofotografie fotograferen we kleine voorwerpen of bijvoorbeeld insecten op ware grootte of groter. Officieel is macrofotografie het onderwerp op ware grootte op het negatief of beeldsensor opnemen, wanneer het kleiner is dan dit dan spreken we eerder over close-up opname. Maar vaak (en dat is het leukste) kunnen we het onderwerp nog vele malen groter maken dan het in werkelijkheid is en is het zelfs mogelijk om een klein onderwerp of klein detail enorm op te blazen. Wanneer u er dan ook nog een 30 x 40 afdruk van maakt kunt u een imposant effect bereiken. Veel moderne digitale camera’s hebben tegenwoordig een macrofotografie stand waarmee de meeste instellingen voor u al gedaan zijn. Dit kan mooie resultaten geven maar in de praktijk is het macro bereik, het scherpstellen, de scherptediepte niet voldoende om echt mooie macrofoto’s te kunnen maken. Maar ook met de standaard instellingen van veel digitale camera’s kunt u al heel ver komen. Ik heb goede ervaringen met de macro stand van mijn Fujifilm S700 camera. Maar voor het echte werk heeft u iets meer nodig.

Voorzetlenzen

voorzetlenzen

Een van de goedkoopste opties die toch hele goede resultaten geeft zijn de voorzet lenzen in de vorm van een opschroefbaar filter op het bestaande objectief. In feite zet u een extra lens op de camera met verschillende sterktes, van +1 tot +10. Deze worden vaak in een setje verkocht en ik heb zelf een setje van vier van +1 tot +10 die ook nog gecombineerd kunnen worden. U schroeft ze gewoon op het bestaande objectief net als elk ander filter. U kunt hiermee makkelijker kleinere voorwerpen fotograferen met goed resultaat. Maar let wel op ze doen maar één ding, namelijk de minimale scherpstelafstand van je lens inkorten, u kunt alleen maar scherpstellen op iets dat heel dicht bij de camera staat. Andere nadelen van deze goedkope oplossing zijn: de scherpte aan de randen kan verlopen en de foto kan aan de randen wat vervorming geven, u kunt niet met een heel open diafragma werken en vaak werkt de ingebouwde autofocus niet meer zo goed dus moet u meestal met de hand scherpstellen. Ook is het moeilijk bewegende objecten te fotograferen omdat het scherpstellen best moeilijk is en het op een klein gebied scherp is, waardoor de scherpstelling snel weg is als het onderwerp of de camera maar iets beweegt. Let wel op deze lens filters komen in zeer verschillende kwaliteit en erg goedkoop is vaak ook matige kwaliteit, let ook goed op de maat van de voorkant van het objectief voor u deze filters aanschaft. Met een goedkoop close-upfilter op de voorkant van uw camera kunt u leuke foto’s van bijvoorbeeld bloemen en stillevens maken, maar deze oplossing zal zeker niet de verbazingwekkende optische eigenschappen van een echte macrolens evenaren. Toch zijn er best leuke foto’s en leuke effecten mee te bereiken, dus voor het geld leveren ze leuke opties.

Macro objectief

macro objectief

Een veel betere oplossing is een speciaal macro objectief, dit is wel een veel duurdere oplossing die u enkele honderden euro’s zal gaan kosten. Maar met een speciaal macro objectief krijgt u wel betere resultaten in scherpte en contrast. Deze objectieven zijn gemaakt voor de beste beeldkwaliteit in het dichtbij gebied. Macro objectieven zijn er in verschillende brandpuntsafstanden, hoe groter de brandpuntafstand hoe verder u van het voorwerp dat u wilt fotograferen verwijderd kunt zijn. Bij een 50 mm brandpuntafstand kunt u prima planten fotograferen maar dan moet u wel erg dicht op het te fotograferen object kruipen. Een brandpuntafstand van 100 mm is beter zeker wanneer u ook een mooie onscherpe achtergrond wilt hebben. Maar echte macrofotografie word leuk vanaf een brandpuntafstand van 200 tot 300 mm. Hiermee kunt u op redelijke afstand fotograferen zodat het onderwerp niet wegvlucht of gevaarlijk kan zijn voor uzelf en u kunt door de geringe scherptediepte het onderwerp mooi scherp tegen een mooie onscherpe achtergrond fotograferen. Nadeel is wel dat u een heel vaste hand moet hebben, de camera ergens op moet laten rusten of een statief moet gebruiken.

Tussenringen en omgekeerde lens

tussenringen

Nog een oplossing is een tussenring (of meerdere tussenringen) die u tussen de body en het objectief in schroeft, dit is een holle buis. Met tussenringen van uw eigen cameramerk kunt u gewoon de autofocus en automatische instellingen blijven gebruiken. Ik heb dit zelf nooit gebruikt. Nog een goedkope optie is een omkeerring waarmee u uw objectief omgekeerd op de camera body zet en u dus heel dichtbij kunt fotograferen. Om eerlijk te zijn vind ik het er een beetje armoedig en vreemd uitzien en heeft u veel kans op stof in het objectief omdat er aan de achterkant geen beschermende lens zit en er gemakkelijk stof en vuil in het objectief kan waaien.

Diafragma, sluitertijd en ISO waarde

diafragma

Bij macrofotografie is het diafragma en de sluitertijd erg belangrijk, maar ook de ISO waarde speelt een rol. Bij een kleine diafragmawaarde heeft u een kleiner gebied waar de camera scherp is en u dus op een klein detail kunt scherpstellen. U kunt bij een insect bijvoorbeeld scherpstellen op een facetoog, terwijl de rest van het insect onscherp is. Dit is wel erg extreem maar kan een mooi effect geven. Wanneer u een hogere diafragmawaarde kiest zal het gebied waarbinnen het object scherp is toenemen, maar door de kleine lensopening zal er minder licht op de sensor vallen waardoor u een langere sluitertijd nodig heeft. Dit kan weer lastig zijn bij snel bewegende onderwerpen die hierdoor bewegingsonscherpte kunnen krijgen. U kunt dan de ISO waarde wat ophogen, maar dan neemt ook de ruis op de foto toe en dat valt bij macrofotografie extra op. Dus het blijft een compromis tussen diafragma (scherptediepte) en sluitertijd. Om hier ervaring mee te krijgen moet u veel oefenen en ik maak vaak meerdere foto’s met verschillende instellingen. Dit is toch het voordeel van digitale fotografie.

Scherpstellen bij macrofotografie

Meestal zal de autofocus niet erg goed werken bij macrofotografie, vaak is het dus beter om met de hand scherp te stellen. Vaak kunt u dan door de camera een klein stukje naar voren of naar achter te bewegen nog fijner scherpstellen. Bij onderwerpen die niet bewegen kan de autofocus soms wel goed werken, maar dan zou ik de camera wel vast zetten omdat de kleinste beweging (zoals het indrukken van de ontspanknop) als onscherpte kan veroorzaken. Mijn ervaring is dat wanneer u een insect wilt fotograferen, u meestal niet zoveel tijd heeft om de camera in te stellen, het beestje is vaak snel weer weg of zit niet meer op de goede plaats. Ik zet de camera vaak al op de meest gebuikte instelling en in aanslag zodat ik snel kan scherpstellen.

Compositie bij macrofotografie

compositie tegel van derden

Bij macrofotografie gelden bijna dezelfde regels als bij alle soorten fotografie en in het bijzonder portretfotografie. Ook hier gaat de compositieregel van derden op, u verdeelt het beeld in negen gelijke delen met twee verticale en twee horizontale lijnen en u plaatst het hoofdonderwerp op één van de vier snijpunten van deze lijnen. Veel moderne camera’s hebben de mogelijkheid deze lijnen in de zoeker te tonen. Bij insecten is het meestal mooier om het beestje wat ruimte te geven in de richting van waar het staat of kijkt. Zet het onderwerp niet precies in het midden, dit levert meestal vrij saaie foto’s op. Let ook goed op de achtergrond, deze moet het onderwerp ondersteunen maar niet afleiden van het onderwerp. Soms is het mooier een stukje van de omgeving van het object mee te fotograferen, vaak ik het ook mooi om de achtergrond mooi onscherp te hebben. Let wel op dat er geen storende lijnen in de achtergrond zitten die de aandacht van het onderwerp afleiden of het onderwerp ineens rare uitsteeksels geven. Soms is het goed om even een paar verschillende standpunten uit te proberen.

Meer pagina’s over fotografie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *