Wanneer men intelligentie meet met behulp van een gestandaardiseerde IQ-test dan spreekt men meestal van hoogbegaafdheid bij een IQ vanaf 130 (getest volgens David Wechsler en 136 of 140 andere testen). Ongeveer 2% van de bevolking is volgens deze norm hoogbegaafd maar volgens critici is hoogbegaafdheid op deze wijze niet zuiver vast te stelen. Bovendien is een hoog IQ geen garantie voor bovengemiddelde prestaties. Naast een hoog IQ zijn blijkbaar ook creativiteit en doorzettingsvermogen nodig om ergens in uit te kunnen blinken. Daarnaast hangt hoogbegaafdheid ook vaak samen met een verhoogde responsiviteit van het centrale zenuwstelsel op prikkels en is overprikkeling een bekende kwetsbaarheid van hoogbegaafde mensen. Maar ook op sociaal emotioneel vlak scoren de meeste hoogbegaafde mensen niet zo goed. Erfelijkheid is blijkbaar een belangrijke component van hoogbegaafdheid en hoogbegaafdheid is een combinatie van een uitzonderlijke intelligentie, creativiteit en doorzettingsvermogen. De gemiddelde hoogbegaafde mens is nieuwsgierig, sensitief en emotioneel, een snelle en slimme denker die complexe zaken kan doorgronden.
Ook is hij of zij vaak erg autonoom, gedreven van aard en intens levend en vaak zeer creatief. Toch is hoogbegaafdheid meestal geen zegen omdat het ook veel valkuilen kent, zeker in omgang met andere mensen omdat het gedrag en het taalgebruik van hoogbegaafde mensen vaak verkeerd begrepen wordt. Zo wordt hoogbegaafdheid bij kinderen vaak ten onrechte aangezien voor een van de vormen van een autistische stoornis. Het trieste hiervan is dat er hoogbegaafde kinderen ten onrechte behandeld worden (en soms medicatie moeten slikken) voor een totaal verkeerd gediagnosticeerde stoornis. Maar ook volwassenen kunnen tegen veel problemen aanlopen door hoogbegaafdheid, het herkennen hiervan en het bespreekbaar maken kan hier veel problemen voorkomen. De IQ testen die ik in mijn leven gemaakt hebben vielen ook altijd hoog uit en sinds kort weet ik dat ik zelf ook hoogbegaafd ben met waarschijnlijk ook een performaal / verbaal kloof. Veel van de kenmerken gaan zeker voor mijzelf op en veel zaken die ik op deze pagina beschrijf zijn gevonden in diverse publicaties met aanvulling vanuit eigen ervaringen. Ook de ervaringen van dochter met een (P/V kloof) spelen hierbij mee en wanneer ik terugkijk ook ervaringen met mijn oudere kinderen. Vriendelijke groet, Hein Pragt.
Op de inhoud van deze pagina rust copyright © Hein Pragt.
Kenmerken hoogbegaafdheid volwassenen
Een volwassen hoogbegaafd mens is meestal een snelle en slimme denker, die complexe zaken kan bevatten en doorzien, die vrij autonoom is, nieuwsgierig, gedreven, sensitief en emotioneel, intens levend en vaak heel creatief. Helaas blinken de meeste hoogbegaafde mensen niet uit in sociale vaardigheden. U kunt op Internet veel lijstjes vinden met kenmerken van hoogbegaafdheid en meestal voldoet geen enkele hoogbegaafde aan alle kenmerken. Dit is ook vaak het geval bij diverse psychische stoornissen (DSM) en daar gaat dan meestal op dat wanneer men een bijvoorbeeld zeven van de tien kenmerken voldoet, de diagnose positief is. Wanneer u zich kunt herkennen in een groot aantal van de hier onder beschreven kenmerken dan is de kans groot dat u ook hoogbegaafd bent. Het eerste kenmerk is toch wel een vrij hoog IQ en wanneer u dat (globaal) wilt testen kun u hiervoor de online test van Vereniging Mensa Nederland gebruiken. Deze test kunt u hier vinden.
Deze lijst bevat een aantal kenmerken voor hoogbegaafde volwassenen, dit is geen “officiële” lijst maar een lijst die door mijzelf is samengesteld vanuit een aantal lijstjes die circuleren op het Internet:
- U heeft zich altijd al anders gevoeld;
- U voelt zich niet zo op uw gemak wanneer een gesprek in gezelschap alleen over koetjes en kalfjes gaat;
- U heeft een zeer sterk rechtvaardigheidsgevoel;
- U weet soms niet goed hoe u moet beginnen omdat er zoveel mogelijkheden zijn;
- U bedenkt vaak creatieve oplossingen;
- U bent in staat complexe zaken te doorgronden;
- U bent vrij perfectionistisch maar vaak alleen in dat wat uw interesse heeft;
- U heeft humor die vaak anders is dan die van de meeste mensen;
- U bent gek op logica;
- U bent een analytische denker;
- U kunt niet goed echt even luieren en niets doen;
- U praat soms veel en snel en wilt alles in details duidelijk maken;
- U bent steeds op zoek naar nieuwe intellectuele prikkels;
- U past vaak niet goed in een groep;
- U bent vrij eigenzinnig;
- U neemt niet ‘zomaar’ iets van een ander aan;
- U heeft vaak moeite met autoriteit, zeker als deze alleen op macht gebaseerd is;
- De reden ‘zo doen we dat hier nu eenmaal’ is voor u een slechte reden.
Ondanks dat niet alle hoogbegaafde mensen hetzelfde zijn, zijn er wel kenmerken die veel voorkomen. Enkele van deze kenmerken zijn vanuit de aanleg aanwezig, andere zijn ontstaan door ervaringen met de omgeving en aangeleerd gedrag. Hoogbegaafde mensen denken bijvoorbeeld vaak sneller dan de gemiddelde mens en maken soms veel gedachtesprongen en springen schijnbaar van de hak op de tak. Dit kan dus ook verward worden met AD(H)D. Ook gaat hoogbegaafdheid vaak samen met hoog gevoeligheid op verschillende vlakken en ook hier is het grote gevaar van zintuiglijke overprikkeling een bekende valkuil. Ook dit kan dus snel verward worden met AD(H)D. Veel hoogbegaafde mensen zijn ook vrij kwetsbaar en als kind worden ze ook vaak gepest. Hierdoor houden ze vaak mensen (emotioneel) op een afstand. Veel hoogbegaafde mensen voelen sterke emoties maar omdat het cognitieve denken zeer sterk is blijft de emotionele ontwikkeling vaak een beetje achter. Hoogbegaafde mensen hebben vaak moeite om gevoel en verstand te verbinden. Veel hoogbegaafde mensen voelden zich als kind al vaak eenzaam omdat de omgeving hen niet als hoogbegaafd herkende.
Hoogbegaafden mensen denken vaak anders dan normaal begaafde mensen, ze denken vaak globaler en met een sterker voorstellingsvermogen en kunnen snel patronen herkennen. Hierdoor zijn ze voor gemiddeld intelligente mensen vaak niet goed te volgen. De kan ook voor problemen zorgen in het reguliere onderwijs. Hoogbegaafden mensen zijn ook vaak vrij autonoom en non-conformistisch en vertonen hierdoor vaak gedrag wat door leerkrachten snel als ‘onaangepast gedrag’ gezien wordt. Het autonome en drang naar onafhankelijkheid komt vaak voort uit het niet goed om kunnen gaan met niet-democratische autoriteit, en het niet begrepen worden. Vaak hebben hoogbegaafde mensen te hoge verwachtingen van zichzelf maar ook van anderen waardoor ze vaak teleurgesteld zullen zijn zowel in zichzelf als in anderen. Mijn eigen ervaring is dat hoogbegaafde kinderen extreem trouw en loyaal kunnen zijn en ook hevig teleurgesteld kunnen zijn wanneer dit niet altijd wederzijds is. De leerstijl van een hoogbegaafde is vaak onderzoekend en aan leren van gewone rijtjes en dingen in hun hoofd stampen hebben ze vaak een enorme hekel. Ze zijn vaak extreem goed in dingen waar ze interesse in hebben maar soms zelfs ronduit slecht in zaken waarin ze niet geïnteresseerd zijn. Wanneer hoogbegaafdheid niet wordt onderkent kunnen hoogbegaafde kinderen soms de indruk krijgen dat ze dom zijn, angst krijgen om te falen en gaan onderpresteren.
Hoogbegaafden en werk
Als hoogbegaafde loopt men vaak tegen problemen in het werk aan. Veel problemen worden veroorzaakt door de vaak minder ontwikkelde sociale vaardigheden, problemen met niet democratische autoriteit, slecht kunnen omgaan met collega’s die in de “rat race” zitten en problemen met werken in een groep. Vaak ziet men veel conflicten met management en autoriteiten vanuit het grote rechtvaardigheidsgevoel van de hoogbegaafde medewerker. Vaak is de hoogbegaafde persoon niet zo goed in het luisteren naar anderen en worden zijn of haar idee?n vaak niet goed begrepen. Vaak doorzien ze listig gedrag van hun collega’s niet goed en kunnen ze zich soms ergeren dat dingen veel te langzaam gaan. Omdat ze veel interesses hebben en zich soms ook graag willen bewijzen nemen ze vaak te veel hooi op hun vork. Vaak zijn hoogbegaafde mensen snel afgeleid waardoor ze in een dynamische omgeving slecht gaan presteren.
Hoogbegaafde mensen die zich hier niet van bewust zijn ervaren collega’s soms als onkundig en onwillig. Bij een goede benadering kan een hoogbegaafde werknemer zeer goed functioneren, innovatieve ontwikkelingen doen en zeer hoogwaardig werk afleveren maar veel is afhankelijk van de stijl van leidinggeven, de werkomgeving en collega’s. Aangezien er dus veel afhankelijkheden zijn komt het vaak voor dat hoogbegaafde mensen zich niet zo gelukkig voelen in hun werksituatie. Aangezien veel hoogbegaafden mensen geneigd zijn rationeel te redeneren zijn ze vaak verbaasd of teleurgesteld wanneer ze ontdekken dat dit niet vanzelf leidt tot een goede aansluiting op het werk. Wanneer ik dit vanuit mijzelf bekijk voel ik ook de behoefte aan een “veilige” werkomgeving waar mensen met respect en vertrouwen met elkaar omgaan. In een omgeving waar veel “politiek” heerst kan ik zelf ook niet goed functioneren en raak ik gedemotiveerd.
Eigen ervaring met hoogbegaafdheid
Wanneer ik naar mijn eigen ontwikkeling kijk was ik op de lagere school ook het buitenbeentje. Ik had geen belangstelling voor sport, vechten, stoeien en typisch jongensgedrag maar was zeer leergierig en had al jong belangstelling voor alles. Ik was heel creatief, speelde graag alleen en ik verslond boeken over hoe en wat van techniek, elektronica, de aarde, biologie. Ik wilde al vrij jong “uitvinder” worden. Op school was ik een matige leerling en achteraf begrijp ik dat ik moeite had met ondemocratische autoriteit die in mijn jeugd nog heel gewoon was en dat ik dingen moest en wilde “begrijpen” in plaats van domweg uit het hoofd leren. Dit was helemaal moeilijk wanneer het vak mij niet zo interesseerde en er zoveel andere dingen veel interessanter waren. Ik had wel vriendjes en vriendinnetjes maar hoorde er nooit echt bij en werd ook wel vaak gepest op school.
Tot de eerste klas middelbare school deed ik echt mijn best om bij de groep te horen en geaccepteerd te worden, daarna besloot ik dat ik mijzelf wilde zijn en ging ik mijn eigen gang en accepteerde ik dat ik anders was. Ik probeerde ook de logica te vinden in psychologie en menselijk gedrag en begon ook hier veel over te lezen. Mijn schoolprestaties waren middelmatig, voor vakken die ik leuk vond haalde ik negens en voor vakken die ik niet zo leuk vond een matige vijf of zes. Ik slaagde met een wiskunde, natuurkunde en scheikunde pakket en ging naar de MTS. Ondertussen vond ik in mijn muziek wel waardering en acceptatie en toen ik achttien jaar oud was, greep ik de kans om van school te gaan en beroepsmusicus te worden, met twee handen aan. Ook ging ik op mijzelf wonen en ben ik zeer vaak op mijn neus gevallen, omdat ik eigenwijs was en mijn sociale vaardigheden veel te wensen over lieten, waardoor ik niet echt aansluiting vond bij een groep. Mijn vrienden en vriendinnen waren ook vaak mensen die niet helemaal “gewoon” waren.
Pas toen ik vierentwintig was en wilde stoppen als beroepsmusicus, deed ik een zogenaamde beroepskeuze test waarbij een intelligentie test ook een onderdeel was. Toen bleek dat ik een vrij hoog intelligentieniveau had maar wel op wisselende gebieden. Het was in ieder geval genoeg om een ICT opleiding te mogen volgen (wat toen al jaren mijn hobby was) en toen mijn gemiddelde cijfers tussen de negen en de tien lagen en mijn examen cijfers allemaal boven de negen lagen begon mij toch iets te dagen. Ik was blijkbaar ergens heel goed in en sindsdien heb ik ook een boeiende innovatieve ICT carrière achter de rug die mij in ieder geval financieel altijd redelijk onafhankelijk gemaakt heeft zodat ik mijzelf ook op andere gebieden kon ontwikkelen.
Mijn belangstelling voor psychologie en menselijk gedrag is ook altijd gebleven, maar puur vanuit theorie is dat geen garantie voor succes. Later kreeg ik ook veel belangstelling voor het spirituele en door veel levenservaring, veel falen en succes en veel zelfinzicht heb ik veel geleerd over mijzelf en mensen om mij heen. Desondanks blijf ik redelijk autonoom en non-conformistisch en mijn eigen eigenwijze weg te gaan en mij desondanks wel voldoende aan te passen om sociaal geaccepteerd te worden. Ik heb mijn weg gevonden en voel mijzelf meestal een gelukkig, optimistisch, vriendelijk en sociaal persoon die vaak toch net even anders is dan de rest. Dat ik hoogbegaafd ben met waarschijnlijk ook een disharmonisch profiel is mijzelf wel duidelijk, er over praten zien veel mensen toch helaas als opscheppen en zelfverheerlijking terwijl ik het zelf als handicap heb ervaren.
Pas na de ervaringen en problemen die ik bij mijn eigen kinderen zag, realiseer ik me dat hoogbegaafdheid ook erfelijk is en ben ik zelf ook weer op zelfonderzoek uit gegaan om mijn kinderen en de situatie waarin ze zich bevinden beter te kunnen begrijpen. Ook ben ik me meer in deze materie gaan verdiepen waarbij ik ook voor mijzelf nog enkele belangrijke dingen geleerd heb die ik weer kan doorgeven aan mijn kinderen.
P/V kloof en valkuilen
Bij een IQ test worden zowel het verbale als het performale IQ vastgesteld waarbij verbaal staat voor: woorden, woordbetekenis, redeneren in taal en taalsymbool, redeneren in rekenen, en performaal: praktisch handelen, oplossen van problemen en deelproblemen, bijvoorbeeld wiskunde. Een verbaal / performaal kloof is van invloed vanaf 12 punten verschil. Een verbaal hoog performaal laag (V/P) kloof komt zeven keer vaker voor dan een performaal hoog / verbaal laag kloof (P/V). Door P/V of een V/P kloof zijn beide onderdelen dus niet goed in balans. Helaas kan het gedrag van een dergelijk kind leiden tot de (verkeerde) diagnose ADHD, Asperger of dyslexie terwijl er ‘alleen maar’ sprake is van een P/V kloof. Wanneer een kind dan ook nog medicatie krijgt voor een autistische gedragsstoornis is het extra triest.
Kinderen en volwassenen met een P/V kloof zijn vaak heel creatieve en snelle denkers en ze denken vaak in concepten en kunnen een oplossing opeens voor zich zien. Het praktisch handelen ligt bij deze kinderen dus op een nog hoger niveau dan het handelen in taal. Kinderen met een P/V kloof hebben vaak problemen in het sociaal contact, omdat deze kinderen sterk het gevoel hebben dat ze het niet lukt over te dragen wat ze precies bedoelen. Dit kan tot diepe gefrustreerdheid en boosheid leiden, maar ook tot clownesk gedrag. Veel van deze kinderen hebben baat bij een creatieve en open onderwijsomgeving, waarin de leerstof niet perse alleen in taal aangeboden wordt maar ook visuele wijze, door voordoen of wanneer er veel voorbeelden en metaforen worden gebruikt. Het kind leert beter door samenhangen te zien in plaats van uit het hoofd leren. Veel hoogbegaafde kinderen zijn ook beelddenkers, mijn dochter gaf altijd aan dat ze alles opsloeg als een plaatje en dat haar hoofd ook vol zat met plaatjes die ze op kon roepen. Ik merk zelf dat ik in mijn werk in staat ben om hele complexe systemen in een overzichtelijk plaatje samen te vatten en dat ik ook complexe computersystemen in mijn hoofd als ??n geheel kan bevatten en doorzien. Ook moet ik dingen doorzien om ze te begrijpen en kan ik slecht dingen gewoon uit mijn hoofd leren.
Maar hoogbegaafdheid met een P/V kloof kent ook de nodige andere valkuilen, omdat de gegevensverwerking heel snel gaat is er een grote kans op overprikkeling in een drukke omgeving of een drukke schoolklas. Het hoofd kan dan een beetje op hol slaan en ik moet zelf dan altijd even een rustige plek zoeken om het hoofd weer even rustig te krijgen. Dit word later in het leven wat makkelijker omdat je jezelf beter leert afsluiten. Als kind is het vaak moeilijk om datgene wat voor jouw heel eenvoudig lijkt ook duidelijk te maken aan een ander waardoor er snel frustratie kan ontstaan. Ik heb zelf pas op latere leeftijd ontdekt dat ik ook wel in staan ben om dingen in Jip en Janneke taal begrijpelijk uit te leggen, (zie deze site) maar toch maken mijn collega’s graag een grapje dat ik redelijk breedsprakig ben en dingen altijd vrij uitgebreid uitleg. Dit is mijn drang om alles perfect over te brengen en alle details duidelijk te maken. Soms is echter een kort en bondige uitleg gewenst en dan schiet ik wel eens tekort. Gelukkig heb ik daar in mijn meeste werkomgevingen veel begrip voor ervaren.
Hoogbegaafden zijn ook vaak erg creatief en kunnen dingen maken op een geheel andere wijze dan gebruikelijk is. Mijn schriften stonden vroeger altijd vol met kleine tekeningen en droedels, dan was ik namelijk in staat om het beter te onthouden. Ook tekende ik heel erg graag. Dit zelfde gedrag zie ik bij mijn dochter terug, zeker in haar schiften. Op school ziet men dit toch helaas vaak als ongewenst gedrag. Een andere valkuil is een soms extreem rechtvaardigheidsgevoel en het niet snel doorzien van gedrag van andere mensen. Mijn ervaring is dat mensen die hoogbegaafd zijn vaak in sociaal opzicht enigszins na?ef zijn. Dit kan tot problemen leiden zeker in gedrag binnen een groep of met mensen met minder goede bedoelingen. Mijn ervaring is ook dat ze negatief gedrag van anderen ook niet snel doorzien waardoor ze vaker dan andere mensen / kinderen last hebben van manipulerend gedrag en pest gedrag. Veel hoogbegaafde mensen vallen meer dan eens in dezelfde valkuilen. Soms voelen kinderen ook de behoefte om zich even terug te trekken en ook dat kan verkeerd begrepen worden. Zo werd mijn dochter wel eens voor straf op de gang gezet om daar te werken en dat vond ze fijn want dan kon ze ongestoord verder werken.
Vaak wordt het gedrag van een hoogbegaafde met of zonder P/V kloof niet goed begrepen en vinden sommige mensen hen maar raar of vreemd. Of op zijn minst is er volgens hen sprake van een gedragsstoornis. Ik heb zelf in mijn jeugd ook veel onbegrip ervaren en dit zie ik ook bij mijn kinderen weer terug. Terwijl een beetje uitleg over hoogbegaafdheid en het gedrag wat daarbij hoort voor zoveel meer begrip kan zorgen waardoor de hoogbegaafde zich veel meer veilig en geaccepteerd kan voelen. Hoogbegaafdheid is niet alleen maar heel slim zijn maar kan juist door de sociaal emotionele problemen leiden tot onderpresteren door verveling of de behoefte om toch geaccepteerd te worden.
De keerzijde van een diagnose
Voor zover ik zelf onderzocht heb zijn de meeste psychologische testen voor jonge kinderen zeer onbetrouwbaar. De meeste (verstandige) psychiaters zullen dan ook geen eenduidige conclusie trekken maar voorzichtig aangeven dat er mogelijk sprake kan zijn van een bepaalde stoornis. Helaas is dit voor de meeste mensen (ook scholen maken deze fout) voldoende om een diagnose absoluut tot waarheid te promoveren. Het kind kan gelabeld worden en er kan een protocol met financiële vergoedingen en medicatie gestart worden. Ik las ergens in een recent onderzoek dat een groot deel van de kinderen in het psychiatrische circuit zeer onterecht tot dit circuit veroordeeld zijn en dat dit vaak ook grote gevolgen heeft voor de ontwikkeling van dit kind. Ook speelt de farmaceutische industrie hier een rol, men heeft ondertussen voor elke psychische stoornis of afwijking wel een medicijn, helaas zijn de gevolgen op langere termijn niet duidelijk en steeds meer psychiaters beginnen hier hun vraagtekens bij te stellen. Er is nauwelijks onderzoek mogelijk naar de gevolgen van dit soort zware medicijnen, die vaak zelfs onder de Opiumwet vallen, op het zich nog volop ontwikkelende kinderbrein. Dit lijkt op een tijdbom waarvan we over een tiental jaren de gevolgen pas zullen zien.
Nog een groot gevaar dat ik zelf constateer is dat veel kinderen uiteindelijk gaan voldoen aan de (vaak onterechte) diagnose die ze gekregen hebben. Dit heet halo-effect in de psychologie. Mensen hebben de neiging om meerdere, nog niet geconstateerde kenmerken die ook horen bij een bepaalde psychische stoornis, ook toe te passen op iemand wanneer een paar kenmerken wel duidelijk zijn. Wanneer iemand dus bepaalde gedrag vertoont dat bij een bepaalde psychische stoornis past, dan zijn de andere eigenschappen die bij deze stoornis horen ook snel op iemand te “plakken”. Elke gedrag is namelijk op zeer verschillende wijze te interpreteren en kan vaak net zo geïnterpreteerd worden als men zelf wil. Een voorlopige diagnose kan de vooringenomenheid bij een conclusie erg versterken waardoor het een soort “zelf vervullende profetie” gaat worden. Wanneer men kinderen aangeeft wat er zogenaamd mis is met ze en ook zo met ze omgaat, zullen ze zich hier ook naar gaan gedragen waardoor uiteindelijk het kind zal gaan voldoen aan zijn diagnose. Dit is helaas de omgekeerde wereld en in mijn ogen een groot gevaar van het op jonge leeftijd psychisch labelen van kinderen.
Wanneer we hier nog een toevoegen dat veel scholen financieel gebaat zijn bij kinderen met een psychische stoornis in het autistische spectrum, dan is de belangenverstrengeling wel duidelijk zichtbaar. Nederland is wereldwijd het land met de meeste kinderen met autistische stoornissen ter WERELD en dan hebben we het over gemiddeld vijf keer zoveel. Volgens mijn visie zijn veel van deze kinderen onterecht “veroordeeld” tot psychiatrische hulpverlening en medicatie. Dit toont in mijn ogen het belang aan van goed kijken naar alle mogelijkheden en voor zowel ouders als scholen met een open en onbevooroordeelde blik te blijven kijken naar “het belang van het kind!”.